image/svg+xml

De Markelose palmpasen

Verhaal

De Markelose palmpasen

Plaatje bij verhaal: bi.k-05300.jpg

Een aantal weken voor Pasen borrelt nogal eens de vraag op hoe een èchte, historisch verantwoorde, “palmpoasen” er eigenlijk uit hoort te zien. En dan gaat het niet om de zondag voor Pasen zelf, maar om de versierde stok die kinderen op die dag in optocht ronddragen.

Palmpasen is ooit als christelijke viering van de feestelijke intocht van Jezus in Jeruzalem begonnen, werd eeuwen later met name als rooms feest en processie gezien en na de hervorming in Noordwest-Europa verboden als “paapse vertoning”.

In de niet-roomse gebieden verdween na de reformatie de palmprocessie van volwassenen. In 1635 was “het loopen singen met Palm of diergelijcke groente langhs de wegen” zelfs nog uitdrukkelijk verboden. Later is het lopen met de palmpaas, tot een voorjaarskinderfeest geworden.

De bakker bakt de broodvogels en het eventuele broodrad, want er zijn evenveel modellen palmpaas als er dorpen zijn. Op de stok hoort in ieder geval groen (traditioneel is buxus). De buxus is zodoende het “palmboompje” geworden.

Voor een Markelose “palmpoasen” gaan we uit van een stok met daaraan 3 of 4 zijtakken (strampen), die iets korter zijn dan de middenstok. De boveneinden hiervan worden aangepunt. Vervolgens wordt er een bosje taxusgroen of buxes tot op ongeveerde tweederde hoogte omheen gebonden, zodanig dat het groen naar boven uitstaat. Op het groen en op de bovenkant van de zijtakken komt een wiel van brooddeeg. Dan gaat er een sinaasappel op de middenstok die naar beneden geschoven wordt tot iets boven het wiel. Op de punt van de middenstok komt een zwaantje van brood. Op de punten van de 3 of 4 schuine stokken kleinere zwaantjes. Van de punt van de grote stok naar de punten van de zijstokken worden aan touwtjes bijvoorbeeld apenootjes, vijgen, rozijnen, koekjes, suikereitjes, chocolade-eitjes geregen. Vervolgens nog wat slingers met snoepgoed rondom draperen, afhangend van de zijtakken. Het handvat van de stok omwinden met goud/ of crêpepapier, waaraan franjes zijn geknipt.

Op elk van bovengenoemde kenmerken kan afgeweken worden als de creativiteit van de jeugdige maker dit ingeeft. Een “palmpasen” is namelijk “echt” als hij zelfgemaakt is en er een zwaantje (de Markelose broodvogel) op zit.

Trefwoorden:Palmpasen, Zwaantje

Reacties

Er zijn nog geen reacties op dit item

Plaats een reactie

Velden met een zijn verplichte velden.